Kleur de hokjes op je werkblad waarvan de zin WAAR is.

• In de Middeleeuwen werden kastelen gebouwd.
• De Middeleeuwen waren 2000 jaar geleden.
• In de Middeleeuwen was er één belangrijke koning.
• In de Middeleeuwen waren er allerlei mensen die graag de baas wilden spelen.
• De mensen bouwden kastelen om zich te verdedigen.

Kleur de hokjes op je werkblad waarvan de zin WAAR is.

• De eerste kastelen waren van hout.
• Om een kasteel stond een houten schutting.
• De houten kastelen hadden een rand van aarde, maar géén slotgracht.
• Een kasteel van steen had dikke muren, een slotgracht en een ophaalbrug.
• De boeren uit de omgeving zorgden voor het eten van de kasteelbewoners.
• Bij gevaar mochten de boeren beschutting zoeken in het kasteel.

Kleur de hokjes op je werkblad waarvan de zin WAAR is.

• De jonge graaf Willem kon de hele dag leuke dingen doen.
• Als de vijand eraan kwam werd direct de ophaalbrug opgehaald.
• Langs de bovenkant van het kasteel liep de weergang.
• Een stormram kan grote stenen weg slingeren.
• Als de vijand niet naar binnen kon, bleven ze net zo lang om het kasteel, totdat de kasteelbewoners zich overgaven.
• Op de wenteltrap was een rechtshandige verdediger in het voordeel.

Kleur de hokjes op je werkblad waarvan de zin WAAR is.

• Bij een aanval ging iedereen gauw in het kasteel en ging de poort dicht.
• Een edelman hoefde niet zijn onderdanen te beschermen.
• Op de binnenplaats waren heel veel dieren.
• Eten werd bewaard in koelkasten.
• Fruit werd ook gedroogd of ingemaakt.
• In middeleeuwse kastelen mocht je op de vensterbank zitten.
• Alle kasteelheren droegen gouden kettingen en diamanten.
• Een harnas woog wel meer dan 40 kilo.

In de Middeleeuwen werden er grote kastelen gebouwd.
Kijk maar eens op de kleurplaat.

Doe je best!

Enne . . . niet alles grijs kleuren, hè?

Zorg voor een schoenendoos en maak een mooie kijkdoos van de grote zaal van een kasteel.

• Eerst mooi kleuren.
• Op dun karton plakken.
• Netjes uitknippen.
• Lees goed hoe je het moet doen.